zondag 1 juni 2014

Over vriendschap en plagerijtjes

   Vorige week toen Daniël terug kwam van het kinderdagverblijf vertelde hij me 's-avonds: "Al mijn vriendjes waren er vandaag: Thiago, Liam en Wessel." Hij vervolgde zijn verhaal: "Mama, eerst was ik vriendjes met mezelf, daarna werd ik vriendjes met Thiago, toen met Liam en als laatste ook met Wessel." Ik greep het moment aan om hem mee te geven dat dat een mooi uitgangspunt is voor vriendschap. Je sluit eerst vriendschap met jezelf en vanuit die vriendschap is er ruimte om anderen in je hart te sluiten. 
   Wat een grote wijsheid weer uit zo'n klein mondje. En een mooie les voor mij! Ik ben nogal eens geneigd het welzijn van een ander voorop te stellen waarbij ik vergeet mijn eigen wensen en grenzen te bewaken...

   Gisteren was ik Daniël aan het aankleden vlak na het ontbijt. Hij had de nodige boterhammen gegeten, maar zijn gedachten waren alweer bij de koektrommel: "Mama mag ik zometeen een koekje?" "Wat ben je toch een snoepkont!" verzuchtte ik, terwijl ik hem eens lekker in zijn -toch al blote- billetjes beet. Verontwaardigd reageerde meneer: "Maháam, zoiets zég je toch niet tegen je kind!" 
   Zo heb ik met Sam een dagelijks ritueel op het aankleedkussen waarbij ik zeg: "Sam wat ben je toch een lekker ding! Ik ga je opeten..." Vervolgens zet ik mijn tanden in zijn buik of in zijn billen, net wat er voorhanden is en hij schatert het uit. Dan vervolg ik: "Wat ben je toch lief!" Sam antwoordt dan: "Ik jou niet lief, mama. Huílen dan!" Waarop ik heel hard begin te huilen, tot grote hilariteit van mijn kleine zoon. Uiteraard moet ik dan het hele verhaal nog een paar keer herhalen.
   Alles goed en wel, tot je mannen tegen je gaan samenspannen. Gistermiddag vertrokken we met zijn drieën op de fiets richting opa. Daniël achter mij, Sam voor mij in een fietsstoeltje. Gezien het mooie weer en het weekend had ik een wat korter rokje aan. Ik stapte op de fiets en Daniëls stem klonk achter mij: "Weet je wat jij bent mama?" "Een T-rex," probeerde ik, want dat was hij al de hele dag. "Nee!" "Een kangoeroe dan?" "Nee!" "Wat ben ik dan? Ik geef het op," zuchtte ik. "Een olifant!" verklaarde Daniël, "met je dikke billen." Waarop hij heel hard begon te lachen en Sam er vanuit zijn stoeltje voor mij nog een schepje bovenop deed: "Huílen dan, mama!" Lachend deed ik of ik huilde en deed zo verontwaardigd mogelijk: "Jóngens, zoiets zég je toch niet tegen je moeder!"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten