zaterdag 2 februari 2013

Dag 213 Wandelingetje

   Vanochtend gingen we met ons gezinnetje een wandeling maken naar het dichtstbijzijnde winkelcentrum. Sam mocht uiteraard lekker in de wagen en Daniël wilde zelf lopen. Hij had zijn mooie Jip en Janneke laarzen aan en papa en ik ervoeren weer dat wanneer je met een peuter gaat wandelen, je eindeloos geduld moet hebben. Tenminste, als je het gezellig wilt houden en je kinde niet aan zijn haren mee wilt slepen.
   Ten eerste wilde Daniël natuurlijk graag in alle plassen die we tegen kwamen stampen. Vervolgens zou hij het liefst elke speeltuin op de route in gaan, maar gelukkig had het vanmorgen gesneeuwd, waardoor alles nat was. Daniël accepteert nat als een goede reden om niet in de speeltuin te gaan - of op een bankje te gaan zitten. Anders zou hij namelijk ook op elk bankje waar we aan voorbij gaan even willen zitten. Nou vond Daniël het ook grappig om bij een lantaarnpaal te gaan staan met zijn handen voor zijn ogen en tot tien te tellen (dat kan hij al bijna foutloos) "...tien, weg gezien, ik kom!" Gelukkig wist ik hem ervan te overtuigen dat hij dat niet bij elke lantaarnpaal moest doen.
   Op de terugweg ging hij bij het houten bruggetje in het park na elke houten spijl zijn hoofd onder de railing door doen. "Even hier kijken. Even hier kijken. Even hier kijken." Alsof hij op elk punt een wezenlijk ander uitzicht zou hebben. Toen begon Sam er inmiddels een beetje genoeg van te krijgen en moest ik kletsen als Brugman lees: iets leuks in het vooruitzicht stellen en Daniël stevig bij de hand houden, om hem in een redelijk tempo naar huis te loodsen, voordat Sam het echt op een brullen zou zetten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten