Aan tafel, Daniël zit weer eens te viezeriken met zijn eten, gelukkig heeft hij
het zelf ook door: "Ik zit te klooien! Ik maak er een zooitje van." Die eerste uitspraak heeft hij trouwens van opa, die zegt
vaak: "Zit niet zo te klooien!"
Tess (de hond van opa) had Daniël al een paar
keer bijna omver gelopen toen hij ging rennen. Maar mijn wijsneus had wel meegekregen waarom Tess dat doet: "Tess enthousiast!"
Ik: "Daniël, je hebt bananenpoten. Papa heeft je schoenen
verkeerd om aangedaan." Daniël trots: "Ik heb apenpootjes."
Daniël kent alle aanvullingen op de tekst van "We zijn
er bijna" zoals ik en mijn broertje en zusje dat vroeger zongen.
"Kontje kaal, piemeltje wit, kersenpit, notendop, kletskop." Klinkt
ongelooflijk grappig uit Daniëls mond (al schaam ik me stiekem een klein beetje dat ik
hem dat al zo jong heb geleerd).
Daniël heeft een favoriete blouse. Hij wilde die niet
verwisselen voor zijn pyjama. Toen we hem met een beetje dwang toch in zijn
pyjama hadden geholpen zei hij nog even tegen papa: "Ik wil mijn mooie
blouse aan, gek."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten